De mens in de steentijd heeft al vroeg ontdekt dat er met gebruikmaking van een vuursteen een vonk kon worden gemaakt waarmee een vuurtje kon worden opgegloeid. Maar niet met vuursteen alleen. Er moest ook een ijzerhoudend gesteente bij worden gebruikt zoals pyriet of ijzererts. Bij het slaan of wrijven met een vuursteen over dat ijzerhoudend gesteente ontstond een vonk die lang genoeg nagloeide om er een droge fijne stof zoals van een tondelzwam of lisdodde mee te doen smeulen en er door blazen een vuurtje door te laten ontbranden. De gebruikte vuurstenen vuurmakers zijn vaak te herkennen aan een sterk afgesleten en afgeronde punt. Ze komen al voor in het laat-Paleolithicum.

 

Image